Waar de elektrische auto ooit zeldzaam was, is het inmiddels een vertrouwd beeld op de Nederlandse wegen én in parkeergarages. Maar met deze ontwikkeling komen ook nieuwe vraagstukken op tafel. Want hoe zorgen we ervoor dat de laadinfrastructuur veilig, toekomstbestendig én volgens de regels wordt aangelegd?
Met de nieuwe wetgeving vanuit de Omgevingswet, het Besluit bouwwerken leefomgeving en de EPBD III-richtlijn staan installateurs, gebouweigenaren en ontwerpers voor nieuwe uitdagingen. Nieuwe regels vragen om meer dan alleen naleving: ze vragen om visie. Wij pakken dit moment aan om installaties niet alleen duurzaam en doordacht, maar vooral ook veilig vorm te geven.
In dit artikel nemen we je mee in de nieuwste regels, risico’s én oplossingen rondom laadpunten in parkeergarages. We laten zien waar de echte brandveiligheidsuitdagingen liggen en hoe slimme ontwerpkeuzes en vakmanschap het verschil maken. Of je nu gebouweigenaar, installateur of ontwerper bent: met de juiste inzichten bouw je aan een veilige, toekomstbestendige laadinfrastructuur.
Aangescherpte wetgeving
Met de komst van de Omgevingswet en het Besluit bouwwerken leefomgeving zijn de regels voor laadpunten in parkeergarages flink aangescherpt. Zo is opladen via een standaard stopcontact (mode 1 of 2) niet langer toegestaan; alle nieuwe laadpunten moeten voldoen aan mode 3 of 4 volgens NEN 1010. Daarnaast is een centrale afschakeling verplicht, bijvoorbeeld via een noodknop of automatische koppeling met de brandmeldinstallatie. Ook moeten laadpunten en de locatie van de afschakeling duidelijk worden gesignaleerd bij de ingang van de parkeergarage.
Vanaf januari 2025 zijn daar extra verplichtingen bijgekomen vanuit de Europese EPBD III-richtlijn. Utiliteitsgebouwen met meer dan 20 parkeerplaatsen moeten minimaal één laadpunt realiseren. Bij nieuwbouw of ingrijpend gerenoveerde utiliteitsgebouwen met meer dan 10 parkeerplaatsen geldt bovendien de eis om leidinginfrastructuur aan te leggen voor 20% van de plekken. Ook voor parkeergarages onder gebouwen met een slaapfunctie (zoals woningen of zorginstellingen) gelden aanvullende veiligheidseisen. En is de garage groter dan 1.000 m² of is er slechts één vluchtroute? Dan is een automatische blusinstallatie verplicht.
Er wordt nog gediscussieerd over een mogelijk verbod op laadpunten in ondergrondse garages, maar zo’n verbod is er op dit moment niet. Maar: de risico’s moeten wél beheerst worden. Juist daar ligt een belangrijke opgave voor de sector en voor de keuzes die de komende jaren zullen worden gemaakt.
Aanvullende eisen vanaf 2026
Met de komst van de EPBD IV worden er vanaf 2026 opnieuw een aantal verplichtingen verwacht. Hoewel de details nog worden uitgewerkt, is duidelijk dat de lat verder omhooggaat. Voor nieuwbouw en ingrijpend gerenoveerde woongebouwen met meer dan drie parkeerplekken wordt volledige leidinginfrastructuur naar alle parkeerplaatsen verplicht, met voorbekabeling voor minstens de helft en minimaal één laadpunt. Bij utiliteitsgebouwen gelden nóg strengere eisen: zo moet elke parkeerplek bekabeld zijn, de helft voorzien van voorbekabeling en minstens 20% uitgerust met een laadpunt (voor kantoren zelfs 50%). Voor bestaande utiliteitsgebouwen met meer dan 20 parkeerplaatsen geldt straks: óf minstens 50% van de plekken is voorbereid met bekabeling, óf minimaal 10% beschikt over een laadpunt. Voor overheidsgebouwen wordt dit nog strenger: daar moet uiterlijk in 2033 de helft van de parkeerplekken zijn voorzien van voorbekabeling voor laadpunten

Brandveiligheid bij elektrische auto’s en laadplekken
Elektrische auto’s zijn niet brandgevaarlijker dan brandstofauto’s. Het verschil zit vooral in het moment van ontbranding: bij elektrische voertuigen meestal tijdens het opladen, bij brandstofauto’s vooral tijdens het rijden. De impact van een brand bij elektrische auto’s is wel groter, door lithium-accu’s die bij oververhitting een kettingreactie kunnen veroorzaken en zelfs na het blussen opnieuw kunnen ontsteken. Positief is dat het gebruik van minder brandgevoelige LFP-accu’s toeneemt.
In 2021 kwam 4% van alle autobranden van elektrische voertuigen, terwijl 14% van de auto’s elektrisch was. Dat verschil lijkt groot, maar is deels te verklaren door het hoge aantal autobranden rond oud en nieuw.
Toch vraagt de praktijk om aandacht. Niet vanwege een hoger risico op brand, dat is vergelijkbaar of kleiner dan bij brandstofauto’s, maar vanwege de gevolgen: blussen is complexer door herontsteking en elektrocutiegevaar. Deze risico’s zijn goed te beheersen met de juiste beschermingsmiddelen en door accudelen af te schermen.
Wat heeft dit dan te maken met parkeergarages? Wat ons vooral bezighoudt, is de fysieke situering van laadpunten in parkeergarages. Meerdere voertuigen naast elkaar opladen vergroot het risico op brandoverslag en kan een incident snel escaleren. Dit bemoeilijkt blussen en vergroot de kans op structurele schade aan gebouwen.
Essentiële richtlijnen
Met de groei van laadpunten door de elektrificatie van het wagenpark wordt veiligheid steeds belangrijker. De brandweer test daarom met dompelbaden om elektrische auto’s na brand effectief te koelen en herontsteking te voorkomen. Financiële schade voor de eigenaar blijft beperkt, want een deels afgebrande elektrische auto is vrijwel altijd total loss, net zoals bij een volledig afgebrande elektrische auto. Een integrale aanpak is essentieel voor veilige laadinfrastructuur, waarbij installatietechniek een belangrijke rol speelt:
- Vluchtroutes: nooit langs laadpunten.
- Thermische beveiliging: installaties schakelen automatisch uit bij oververhitting.
- Positionering laadpunten: voorkom aanrijdgevaar en maak laadpunten goed bereikbaar voor hulpdiensten.
- Slimme energietechniek: load balancing en peak shaving voorkomen netoverbelasting.
- Rook- of warmtedetectie: snelle incidentdetectie boven laadplekken.
- Beperken DC-laders: minder risico op hitteontwikkeling.
- Brandcompartimenten: Door laadplekken op te nemen in aparte brandcompartimenten kan branduitbreiding worden voorkomen.
En wat niet mag ontbreken: vakmanschap. Alleen een gecertificeerd elektrotechnisch installatiebedrijf, dat werkt volgens de normen én zorgt voor goed onderhoud, kan veiligheid garanderen.
Wat is load balancing?
Dit is een techniek die wordt gebruikt om netwerkverkeer of computerbelasting gelijkmatig over meerdere servers of bronnen te verdelen. Het doel is om de prestaties en betrouwbaarheid van toepassingen en diensten te verbeteren door te voorkomen dat één enkele server overbelast raakt.
In de context van elektrische installaties, zoals bij het opladen van elektrische auto’s, verwijst load balancing naar het slim verdelen van het beschikbare vermogen over verschillende apparaten om overbelasting van de stroomvoorziening te voorkomen.
Door deze techniek toe te passen, wordt de efficiëntie verhoogd en wordt ervoor gezorgd dat systemen stabiel en betrouwbaar blijven functioneren, zelfs bij hoge belasting.
Wat is peak shaving?
Peak shaving is het verminderen van pieken in het energieverbruik door slimme sturing van het laadproces. Dit gebeurt bijvoorbeeld door tijdens drukke laadmomenten tijdelijk gebruik te maken van opgeslagen energie uit batterijen. Zo voorkom je dat de belasting op het elektriciteitsnet te hoog oploopt. Met peak shaving blijft de energievoorziening stabiel en worden hoge netwerkkosten vermeden, terwijl voertuigen toch efficiënt kunnen opladen.
Nieuwe norm NEN 9510
Naast de bestaande normen voor elektrotechnische installaties, zoals de NEN 1010, NEN 8012 en NEN-EN 61439, wordt momenteel gewerkt aan de NEN 9510: een richtlijn die zich specifiek richt op de brandveiligheid van elektrische installaties. Deze nieuwe norm biedt handvatten voor het identificeren van risico’s en het nemen van passende maatregelen, waaronder aanvullende branddetectie bij laadpunten en monitoring of automatische uitschakeling buiten gebruikstijden. Hoewel het risico op brand bij elektrische installaties – zoals laadpunten – klein is, is het zeker niet onmogelijk. Daarom is het essentieel om bij het realiseren van laadpunten bewuste, risicogerichte keuzes te maken. Daarbij speelt ook de gebruiker een rol: alleen met kwalitatief goede laadkabels en correct aangesloten stekkers kunnen risico’s verder worden beperkt. Veiligheid ontstaat niet vanzelf; die begint bij kennis, zorgvuldigheid en professioneel vakmanschap.
Met strengere wetgeving en toenemende technische complexiteit wordt het realiseren van veilige en duurzame laadinfrastructuur belangrijker dan ooit. Dat vraagt om slimme ontwerpkeuzes, kennis van normen en wetgeving, én een integrale aanpak waarin veiligheid centraal staat. Alleen met vakmanschap, zorgvuldigheid en samenwerking kunnen we het opladen van elektrische voertuigen in parkeergarages écht toekomstbestendig maken.
Benieuwd wat dit betekent voor jouw gebouw, project of ontwerp? Onze adviseurs denken graag met je mee over een veilige en toekomstgerichte oplossing.